woensdag, maart 22, 2006

 

Scheurtjes in rigide EHS denken

Een rapport dat beleidsmakers voor natuur, landschap en water, in dienst van ministeries en provincies, op de mogelijkheden om ruimte en budgetten beter te benutten wijst. Binnen het sectoraal natuurbeleid kan dit door de EHS om te bouwen tot een Ark die alle doelsoorten beschermt in een gewenst veelvoud van locaties. Vervolgens kan het beleid voor natuur, landschap en water worden geïntegreerd met een Integrale Ark, die naast de Hotspots van doelsoorten ook de Hotspots beschermt van het landschap en het watersysteem. Zo’n Integrale Ark versterkt bovendien de recreatie- en woonomgeving.

Trefwoorden: Platteland, natuur, landschap, watersysteem, Hotspots, doelsoorten, gebiedsgericht beleid, streekplannen,
deelstroomgebieden.

Rapport:
http://documents.plant.wur.nl/pri/rap_vereijken/Rapport_109_Total_nieuw.pdf

Boomblad, 18e jaargang nr.1, maart 2006,pag. 12-15
Hier valt het volgende te lezen: "De aanbevelingen van Vereijken zijn niet goed gevallen bij opdrachtgever MNP (Milieu- en Natuur Planbureau). Plant Research International heeft het rapport daarom zelf uitgegeven".

Opmerkelijk. Je geeft opdracht voor een onderzoek en wilt vervolgens niet met de resultaten geconfronteerd worden. Zelf heb ik zo ook mijn twijfels over het EHS denken maar dan op geheel andere wetenschappelijke inzichten gestoeld. Natuurgebieden moeten met elkaar verbonden worden zo is het adagium. Denk aan ecoducten over snelwegen e.d. Dit is goed voor de soort want er wordt genetisch materiaal gewisseld en voorkomt inteelt. Maar hoe groot is die inteelt problematiek dan wel? En zou hij niet op een andere wijze aangepakt kunnen worden. Je zou bijvoorbeeld enkele dieren van de ene kant van de snelweg kunnen vangen en ze naar de andere kant van de snelweg overbrengen. De vraag is dan hoe vaak je dit moet doen. Eens in de 100, 1000 of 10.000 jaar? Belachelijk zo'n lange termijn! Niet in de populatiegenetica. Duizend jaar is in populatiegenetische termen niets. Dit zou een aardige vraag zijn voor collega's van de Animal Science Group (ASG) van Peter Vereijken. De vraag zal overigens niet gesteld worden want het antwoord zal nog minder bevallen dan de inzichten van Vereijken.





<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?