woensdag, november 28, 2007

 

Afvalmining Haps

Onderzoek afgraven belt Haps kost 1,5 ton

Een grondig onderzoek om beantwoord te krijgen of het rendabel is de Hapse vuilnisbelt af te graven, kost 150.000 euro.

Dat zegt directeur Jelle Frölich van het bedrijf MPI. Frölich reageert op antwoorden van minister Jacqueline Cramer op vragen uit de Tweede Kamer. De SP had vragen gesteld naar aanleiding van een plan voor het afgraven van de Hapse belt. Volgens Frölich duurt een grondig onderzoek zes maanden. Er moet in archieven en met behulp van proefsleuven onderzocht worden wat er allemaal gestort is. Momenteel laat de gemeente Cuijk een vooronderzoek doen. De gemeente doet dat onderzoek naar afvalmining, zoals het afgraven wordt genoemd, samen met de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) en op verzoek van de gemeenteraad.

Ook Provinciale Staten van Brabant zijn benieuwd of het afgraven van vuilnisbelten rendabel is. De staten hebben op 9 november Gedeputeerde Staten opdracht gegeven op zoek te gaan naar proeflocaties voor afvalmining. De gemeente Cuijk gaat Haps niet nog eens als proeflocatie aanmelden bij de provincie, zo laat een woordvoerder weten. 'Er mag vanuit worden gegaan dat de provincie weet dat de locatie Haps onderzoekslocatie is.' Er zijn vele ogen gericht op de Hapse vuilnisbelt. Inwoners van Haps hopen dat de berg afval helemaal kan worden gerecycled. Dan zou op die plek de industrie kunnen komen die anders dichterbij het dorp komt.De Cuijkse D66-fractie heeft deze week het college gevraagd of er al schot zit in het vooronderzoek. Gelderlander 28 november 2007.

zondag, november 25, 2007

 

Leo Heijboer van Essent wil afval in Haps benutten


Nú een oplossing vinden voor het afval dat we nu produceren, dat is de missie van Leo Heijboer van Essent. "Dat is onze plicht ten opzichte van de toekomstige generaties," zegt hij stellig. Afval lang bewaren vindt hij bijna misdadig. "We moeten ons goed realiseren dat het afdekken van gestort afval een soort gevaarlijke worst creëert die over vijftien of twintig jaar uit elkaar barst."
Zulke opmerkingen vragen om daden. Gelukkig krijgt Heijboer bij Essent alle ruimte om zijn ideeen in de praktijk te brengen. De landbouwkundige sleutelt bij het energiebedrijf aan oplossingen sinds hij er in 1994 in dienst kwam. Zijn filosofie: "Een stortplaats is een grote, levende biologischeberg, waarin zich prachtige en nuttige processen afspelen. We zouden hier veel meer gebruik van moeten maken."

Heijboer doelt op het werk van de miljarden anaërobe bacteriën die diep in de afvalbergen hun werk doen. Kleine beestjes die afval omzetten in onschadelijk materiaal en daarbij gas produceren. Het is dit ‘stortgas’ dat Essent goed kan gebruiken voor het opwekken van schone stroom. Heijboer: "Stortgas bestaat voor zestig procent uit methaangas, een zeer sterk broeikasgas. Vroeger verbrandden we dit gas in zo’n grote, eeuwig brandende fakkel. Dat is natuurlijk doodzonde van de energie. Daarom hebben we aggregaten ontwikkeld die met dit gas elektriciteit kunnen opwekken."

SPECTACULAIRE RESULTATEN

De snelheid waarmee de bacteriën het afval afbreken en stortgas produceren is sterk afhankelijk van het klimaat in de afvalberg. Om er achter te komen wat het ideale klimaat is, deed Heijboer jarenlang onderzoek op de vuilstortplaats in Schinnen. Hij bouwde er een stortplaats in het klein en bestudeerde de processen. Zo ontdekte hij dat hij met goede monitoring en een zorgvuldig watermanagement het afbrekingsproces flink kon versnellen, waardoor ook de gasproductie verdubbelde. "Je moet die beestjes verwennen," zegt Heijboer gepassioneerd. "Als je goed voor ze zorgt, werken ze keihard voor je."
Toen ook het pilotproject van Essent in Landgraaf succesvol bleek, kon Heijboer aan de slag op stortplaats Haps. De omstandigheden waren hier zo slecht dat de berg van twee miljoen ton afval praktisch geen stortgas produceerde. Heijboer nam drastische maatregelen. Hij ontwaterde de bult, bracht waterdichte taluds aan – om te voorkomen dat regenwater de boel zou bederven en dat het stortgas in het milieu terecht zou komen – en bedacht een manier om het systeem gecontroleerd te bewateren.

"Wanneer je al het water eruit haalt, stop je het proces," legt Heijboer uit. "Het is de kunst precies de juiste hoeveelheid water toe te laten."
Voor de bewatering ontwikkelde Heijboer bassins bovenop de stortplaats, waarin hij regenwater kan opvangen. De bodem van deze bassins laat een kleine hoeveelheid water door. Dit zorgt voor een zeer constante en beheerste watertoevoer. Het water dat aan de berg wordt onttrokken, wordt gezuiverd om te voorkomen dat het het milieu vervuilt.
Het proces van bewatering heeft hij nog niet volledig onder de knie, geeft Heijboer toe. Toch heeft hij in één jaar tijd spectaculaire resultaten behaald. Zo voorziet de berg op dit moment meer dan 200 huishoudens van stroom. "Als we zo doorgaan, bereiken we binnenkort een maximale stortgasproductie," zegt Heijboer. Dan kunnen er 280 huishoudens van stroom worden voorzien. "En het mooie is dat we hiermee tegelijkertijd al ons afval binnen onze eigen generatie kunnen afbreken."

SAMENWERKING

Voor het project op de stortplaats van Haps, maakte Essent gebruik van de MIA/Vamil-regeling. Heijboer: "Zo’n belastingvoordeel is natuurlijk prachtig, maar het belangrijkst voor ons is de samenwerking met SenterNovem. Het is een organisatie met veel kennis van zaken, die dicht bij de overheid staat. Voor een goede milieuwetgeving is dit erg belangrijk. Er zijn in het verleden veel nutteloze en soms zelfs schadelijke regels bedacht. Dat is nu gelukkig voorbij. SenterNovem is een partij die een brug weet te slaan tussen de overheid en het bedrijfsleven. Dit komt het milieu zeer ten goede."

"Het voordeel van de MIA/Vamil-regeling is ook dat het technische verhaal meer bekendheid krijgt," vervolgt Heijboer. "De stortplaats in Haps is voor Essent nog maar het begin. We willen dit proces verder verfijnen en het uitbreiden in heel Europa." Wat Heijboer betreft valt er nog veel te winnen. Hij is er stellig van overtuigd dat het binnenkort mogelijk is ook het mestprobleem in de landbouw met behulp van deze methode aan te pakken. Mest wordt dan in afval geïnjecteerd, zodat het op biologische wijze kan worden afgebroken. Op dit moment is hij druk bezig met onderzoek, want het is natuurlijk van groot belang dat er geen stankoverlast ontstaat. Als het aan Heijboer ligt, kan de volgende melding voor een bijdrage van MIA/Vamil al worden opgesteld. Bron SenterNovem 2006.

 

Lets Cradle !

Groene Raffinaderij Haps is een project gebaseerd op de Biobased Economy en de Cradle to Cradle gedachte. Informatie over C2C zie het volgende filmpje:




Zie ook:
http://player.omroep.nl/?aflID=5966560&md5=2234c559325304f3a8ca0facdc114ae8

 

Minister Cramer over Haps


Cramer ziet wel wat in afvalmining
Afvalmining komt erop neer dat oude afvalstorten geheel of gedeeltelijk worden afgegraven omwille van de waardevolle materialen die erin zitten. Deze manier van grondstofwinning staat nog in de kinderschoenen, maar zal die snel ontgroeien, want het economisch gesternte is uitermate gunstig. Ten eerste dwingen de torenhoge olie- en gasprijs en het klimaatbeleid de energiesector tot vindingrijkheid en een zoektocht naar de meest uiteenlopende alternatieve energiebronnen, waaronder hout, gft en andere soorten biomassa. Ten tweede zijn ook de prijzen van tal van industriële grondstoffen opvallend hard gestegen.
Een ton schoongewassen PET (de kunststof waarvan frisdrankflessen worden gemaakt) doet momenteel € 800. Verklaring: de Chinese textielindustrie is booming en heeft behoefte aan fleecestof (gemaakt van PET). Ook voor glas en metaal worden op de recyclingmarkt recordprijzen betaald. Een derde economische factor is het groeiende gebrek aan afvalverbrandingscapaciteit. Door de toevloed van afval uit Duitsland kunnen de Nederlandse ovens het aanbod bij lange na niet aan en dus moet het nodige afval - met ontheffing van het vigerende stortverbod - worden gestort. Probleem is dat ook hier een capaciteitsgebrek speelt. Gedeeltelijke afgraving zou bestaande belten weer wat meer capaciteit geven. 'Los van de economische omstandigheden is er nog iets anders wat de tijd voor afvalmining rijp heeft gemaakt,' zegt directeur Wim Hoppenrijs van MPI, een bedrijf dat staat te popelen om geld te gaan verdienen met afvalmining en op zoek is naar een locatie om zijn aanpak in de praktijk te bewijzen. 'De scheidingstechnieken zijn sterk verbeterd waardoor afvalmining beter rendabel te maken is.'

MPI heeft een aantal bestaande technieken, waaronder vergassing, vergisting, pyrolyse en warmteafvang gecombineerd tot één nieuw (gepatenteerd) proces. 'Een zero-emissie-aanpak, dus 100% duurzaam,' aldus Hoppenrijs. Een van de locaties waarop MPI zijn oog heeft laten vallen is een stortplaats van Essent in het land van Cuijk (Haps). Het idee is om de belt af te graven om plaats te maken voor een bedrijventerrein. De belt zou voor 60 à 70% uit bruikbare materialen bestaan. Afvalmining loont alleen als er voldoende materialen te winnen zijn: biomassa, glas, metaal, grind, zand. Een andere voorwaarde is dat er geen ernstige verontreinigingen in het geding zijn, want anders wordt het een kwestie van saneren in plaats van winning. Nederland telt zo'n 4000 uitgediende vuilnisbelten, die allemaal in de gaten moeten worden gehouden om te voorkomen dat het milieu er schade van oploopt en waarvan de meerderheid ruimtelijke ontwikkelingen in de weg staan.

Uit Staatscourant nr. 225, 20 november 2007

vrijdag, november 23, 2007

 

Week 47

Maandag
Overleg met een ondernemer die aan een innovatie werkt om keukenafval uit grootkeukens efficiënt en hygiënisch te verwerken. Het keukenafval wordt vervolgens op kwaliteit gecontroleerd waardoor het in de toekomst benut kan worden voor verwerking in biogasinstallaties. Er is reeds een systeem beschikbaar voor de zeer grote keukens. Voor middelgrote keukens moet een volledig nieuw systeem ontwikkeld worden. Vanuit het streekhuis ga ik op zoek naar bedrijven in de regio die willen en kunnen participeren.

Een jong ondernemend stel staat op het punt een boerderij aan te kopen en deze om te vormen naar een paardenhouderij in combinatie met zorg voor gehandicapten die op de boerderij komen wonen. De gemeente is enthousiast. Volgens het bestemmingsplan en het streekplan zijn dit soort zaken niet toegestaan. Een bestemmingsplanwijzigingsprocedure is nodig om medewerking te verkrijgen. Ik leg de ondernemer uit wat hem te wachten staat.

Dinsdag
Groene Raffinaderij is een project waarbij kringlopen gesloten worden. Hiervoor wordt o.a. gezocht naar een goede bestemming voor het overschot aan mineralen uit mest in de regio Noordoost Brabant. Ik heb twee afspraken met personen die betrokken zijn bij projecten die behoefte hebben aan veel mineralen. De eerste exploiteert een Jatropha plantage in Tanzania. Nu nog 4.000 ha maar deze wordt opgeschaald naar 40.000 ha. De tweede werkt aan een algenkweeksysteem wat bemest wordt met CO2 afkomstig uit WKK motoren. Beide systemen hebben grote hoeveelheden mineralen nodig. We bespreken de mogelijkheden om het overschot uit de regio te koppelen aan de te korten elders.

Donderdag
Een boomteler zit met zijn bedrijf kort tegen een natuurgebied. De komende 10 jaar wil hij de omvang van zijn bedrijf verdubbelen. Hij zit in extensiveringsgebied en maakt zich zorgen. Alle instanties die hij benaderd heeft kunnen hem niet vertellen wat de plannen zijn voor het natuurgebied. Hij verzoekt het streekhuis uit te zoeken of hij op de bestaande locatie kan groeien zonder over enkele jaren in de problemen te komen.

Voor "Boerderij Project Veghel" heb ik een afspraak met een landschaparchitect en de projectontwikkelaar. We bespreken mogelijk geschikte locaties voor de vorming van nieuwe gehuchten.

Vrijdag
Met een aantal personen bespreek ik de mogelijkheden om het project iamoneworld te benutten om de regio te profileren. Bij het overleg zijn aanwezig vertegenwoordigers van Rabobank Nederland en de Floriade.

Met de verantwoordelijke van de stortplaats in Haps van Essent Milieu heb ik een overleg te Haelen (Li). Ik informeer hem over de voortgang van het positionpaper Groene Raffinaderij. In dit document worden o.a. de mogelijkheden van afvalmining aan de orde gesteld. Een ontwikkeling die Essent milieu op de voet volgt.

Weekoverzichtstreekmanager

donderdag, november 22, 2007

 

Bomen Boekel

Boekelse bomen mogen niet om

Het gemeentebestuur van Boekel is weer terug bij af bij de plannen voor inrichting van de zogenaamde landbouwontwikkelingsgebieden (LOG) en de reconstructie van de N605.

Bestuursrechter mr. L. Michon heeft het besluit van de gemeente om het bezwaar van de Brabantse Milieu Federatie (BMF) ongegrond te verklaren, vernietigd. De rechter verwijt de gemeente te weinig rekening te hebben gehouden met de natuurwetenschappelijke betekenis van een houtopstand en de daarmee gepaard gaande nestel- en schuilgelegenheid voor bepaalde diersoorten. De gemeente Boekel zou de gevolgen van de kap van deze grote hoeveelheid bomen op de flora en fauna in kaart moeten brengen. Het besluit van Boekel om de bezwaren van de BMF ongegrond te verklaren berust volgens de rechter op een 'niet voldoende draagkrachtige motivering'.

Volgens wethouder Peter Ketelaars zal er er alsnog een betere onderbouwing komen op de vraag waarom het bezwaar van de BMF ongegrond verklaard is. "De tijd werkt hier wel in ons nadeel", zegt hij. "De bomen moeten voor 15 maart gekapt zijn. Daarna is het kapseizoen voorbij." Als de gemeente dit niet haalt dreigt zij de Ceres-subsidie mis te lopen. Onlangs zette de Ceresstuurgroep al vraagtekens bij het halen van de planning. Het hele project moet namelijk voor 31 december afgerond zijn, wil de gemeente nog aanspraak maken op de subsidie, ter grootte van 1,6 miljoen euro. Het college moet nu een nieuw besluit gaan nemen op het bezwaar van de BMF. Hierna volgt weer een beroepstermijn van zes weken.

 

Van Grave tot Den Bosch


Maasmeanders zet recreatief vliegwiel in beweging

"We zijn dé grote witte vlek op de toeristische kaart van Nederland. Nu de kans zich voordoet dat gemeenten hun bestemmingsplannen buitengebied moeten wijzigen, komen wij met een visie. We zetten het vliegwiel in beweging, er moet nu iets gebeuren." Dat zegt Wim Hoezen uit Oijen, vice-voorzitter van de Stichting Maasmeanders en projectcoördinator Ruimtelijke Ordening.

De belangrijkste drijfveer van Hoezen, oud-wethouder van de gemeente Lith, om zich voor Maasmeanders in te zetten: "De economische drager moet zo goed mogelijk ingevuld worden. Het is een klus. Ik wist waar ik aan begon, maar het is toch een heel avontuur." Maasmeanders is volgens Hoezen een 'neutrale partij' die probeert als een mediator wensen van ondernemers en regels van overheden optimaal met elkaar te laten accorderen. Dat 'de streek' zelf een Ontwikkelingsvisie Recreatie laat maken, noemt Hoezen 'uniek'. "Dat doet feitelijk toch altijd de overheid." De kosten van ongeveer 100.000 euro worden verdeeld over de provincie Noord-Brabant (50 procent), de gemeenten Oss en Lith (25 procent) en de ondernemers die aan Maasmeanders meedoen (25 procent).Maasmeanders werd in januari 2006 opgericht. Van de 100 aangeschrevenen meldden zich er 30 aan als lid. "Op dit moment zijn het er zo'n 70, maar eigenlijk vind ik dat niet voldoende", zegt Hoezen. "Ik vind dat een bakker bijvoorbeeld ook belangen heeft bij de plannen dus die zou ook lid moeten worden.

Maar we zijn al heel blij, het begint te komen." Agrariërs, culturele organisaties, watersport en sport&natuur zijn enkele van de categorieën die zijn vertegenwoordigd in Maasmeanders. "Het zijn nu nog 70 individuele ondernemers, maar ik hoop dat zij op de duur elkaars belang voor ogen houden."Van de 70 ingeschrevenen zijn er 33 die min of meer uitgewerkte plannen hebben op toeristisch of recreatief vlak. De bed- and breakfasts schieten als paddenstoelen uit de grond, de solexen uit Herpen toeren al een tijdje door de streek, bierbrouwer en paardenmelker krijgen ingenieuze invallen. Zo is ieder op zijn eigen terrein bezig iets in de markt te zetten. "Het zou mooi zijn als we ook arrangementen kunnen aanbieden. Rust, natuur en cultuur is wat we willen bieden."In samenspraak met Landschapsbeheer heeft Maasmeanders een struinpad uitgestippeld dat loopt van Grave tot Den Bosch. Het plan voor dit 'laarzenpad' ligt al op de tekentafel en wordt, naar Hoezen verwacht, volgend jaar realiteit. "Dan is het te hopen dat wandelaars onderweg een lid van Maasmeanders aandoen voor een kop koffie of een potje bier." Het struinpad strandt bij de Oude Maasarm in Lithoijen. Wie verder wil wandelt óm het water heen, via de John F. Kennedybaan. Hoezen: "Het is interessant om te bekijken of er een pontje kan komen om lopers over te zetten."De gemeente Lith ziet de jachthavenconcentratie in de Lithoijense Maasarm als een belangrijke tweede toegangspoort vanaf het water tot de gemeente Lith, naast de Lithse Ham. Wil die recreatie goed geregeld zijn, dan is het volgens Hoezen zaak dat ook in de visie op te nemen. "Als Van Oorts Betonmortelcentrale er ooit zou weggaan, is de hindercirkel weg. Dan kun je Lithoijen in die richting uitbreiden én er recreatieve functies maken in de vorm van drijvende huisjes bijvoorbeeld.

Dan is iedereen daarmee gediend."Natuurmonumenten is een belangrijke organisatie waarmee Maasmeanders om tafel zit. "Haar bedoeling is om natuurgebieden langs de uiterwaarden aan elkaar te koppelen zodat er 1000 hectare aaneengesloten rivierenlandschap ontstaat. Dat is een uniek stukje Nederland. De aantrekkingskracht van de Veluwe is tanende, er ligt een kans voor ons rivierengebied." De Ontwikkelingsvisie Recreatie die BügelHajema Adviseurs en Van Nuland en Partners opstellen, komt 12 december in de Lithse Ham aan bod tijdens workshops van Maasmeanders.Wim Hoezen voorspelt: "In 2009, 2010 zijn er resulta- ten te zien in het gebied." Brabantsdagblad 21 november 2007.

maandag, november 19, 2007

 

Fietspendelboot


Fietspendelboot krijgt een jaar langer steun

Als alles meezit krijgt de fietspendelboot ook in 2008 nog subsidie van de acht deelnemende gemeenten.

Die willen er, aldus de Graafse wethouder Hans Bos, alles aan doen om de boot in de vaart te houden."Maar", voegt hij daar direct aan toe, "dan moet er wel voor een aantal zaken een oplossing gevonden worden. En daar wordt nu door ons als gemeenten en door uitbater Huub Niessen hard aan gewerkt." Is het zover, dan moeten de betreffende raden nog wel hun goedkeuring geven.Een kleine maand geleden werd duidelijk dat de gemeenten (naast die in het Land van Cuijk, Gennep, Heumen en Mook) dreigden in 2008 stekker uit de pendelboot te trekken. In het tweede jaar (2007) blijft de groei van het aantal passagiers te ver achter om de tekorten – dit jaar schieten de gemeenten 41.500 euro bij – drastisch te verminderen.

Gisteren sprak Bos met Niessen. De laatste gaat nu werken aan een exploitatieplan waarvan onder meer extra kaarten voor passagiers het resultaat moeten zijn. Hij heeft daarbij al hulp gekregen uit de hoek van het Streekhuis Peel & Maas van waaruit gewerkt wordt aan een project waarbij ook (toeristische) ondernemingen in de regio zijn betrokken. Met een actie wordt geprobeerd de komende maanden een groot aantal dagkaarten voor de fietspendelboot aan de man te brengen. Bos wijst er wel op dat het nu van belang is dat Niessen met een exploitatieplan komt waarbij het geld dat er dit jaar nog bij moet niet te veel afwijkt van het bedrag dat de gemeenten over 2007 betalen. Gelderlander 19 november 20078.

zaterdag, november 17, 2007

 

Afvalmining Haps

Afval wordt start van nieuwe keten

Afvalmining Haps is een onderdeel van Groene Raffinaderij Haps (GRH). GRH onderzoekt de mogelijkheden van een integrale aanpak om tot een Biobased Economy te komen. Dit is een nieuwe economy waarbij kringlopen gesloten worden. Afval wordt daarbij niet meer gezien als het einde van de keten maar als start van een nieuwe keten. Het project is gestart bij het initiatief van een groep veehouders die mest niet meer zien als een probleem maar als een kans. Mest is biomassa waaruit grondstoffen en energie gewonnen kunnen worden. Energie die gewonnen wordt is afkomstig uit de korte koolstofcyclus (zonne energie-> plantengroei->dierlijkeeiwitproductie->mest->energie) dit in tegenstelling tot de lange koolstofcyclus (fossielebrandstof->energie). De eerste keten is CO2 neutraal terwijl de tweede keten het CO2 gehalte van de atmosfeer verhoogt. Mest is ook een bron van mineralen. Op dit moment zijn in het verre oosten ongeveer 1000 palmboom plantages van ieder 10.000 ha in ontwikkeling. de vraag van deze plantages op de mondiale mineralen voorraden is al merkbaar en door schaarste stijgen de prijzen. Groene Raffinaderij wil het mineralen overschot in Noordoost Brabant koppelen aan de te korten in het verre oosten. Door mineralen naar het verreoosten te exporteren en palmolie te importeren wordt de keten gesloten. Het spreekt voor zich dat er uitsluitend samengewerkt wordt met groene plantages. Plantages waarvoor niet ontbost is en die geen bedreiging zijn voor de voedselvoorziening. Naast palmolie lijkt de jatropha plant een goed alternatief te zijn. Deze groeit op plaatsen waar andere planten niet gedijen en de plant is niet geschikt voor menselijke consumptie. http://nl.wikipedia.org/wiki/Jatropha_curcas


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Interne postcode 645
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

antwoorden op de schriftelijke vragen van Van Leeuwen en Roemer over afvalmining

5 oktober 2007

Geachte Voorzitter,
Hierbij treft u aan de antwoorden op de schriftelijke vragen, ingezonden 9 oktober 2007, van de leden Van Leeuwen en Roemer over afvalmining.

Vraag 1
Bent u van mening dat het creëren van ruimte door ontginning van afvalstorten, zoals de gemeente Haps onderzoekt, een goede mogelijk biedt om andere bestemmingen als wonen en bedrijventerrein in de ruimtelijke ontwikkeling in te passen? Acht u landelijke navolging van dit idee wenselijk?

Antwoord
Het saneren van voormalige afvalstortplaatsen voor het creëren van ruimte kan een goede mogelijkheid vormen om nieuwe bestemmingen als wonen, recreatie en bedrijventerreinen in de ruimtelijke ontwikkeling in te passen. Ik vind het saneren van voormalige stortplaatsen, zodat de ruimte weer voor een andere functie gebruikt kan worden, dan ook een goede zaak.
Sanering is een vereiste voor het herontwikkelen van een voormalige stortplaats. Er zijn verschillende saneringsvarianten mogelijk zoals bijvoorbeeld het volledig ontginnen van een stortplaats, het aanbrengen van een afdeklaag of deels verwijderen van een stortplaats. De mate waarin een sanering succesvol kan worden aangepakt verschilt evenwel per stortplaats. Hier liggen verschillende factoren aan ten grondslag zoals: de samenstelling van het stortlichaam, het eventuele milieurisico van een oude stortplaats, de kosten van sanering, de ligging en uiteindelijke bestemming van de locatie, als ook de mogelijke verschillende saneringsopties. Deze factoren beïnvloeden elkaar in sterke mate. Verantwoordelijkheid en initiatief voor het saneren van voormalige stortplaatsen ligt evenwel bij de betrokken gemeenten.
Dat provincies, zoals Brabant, daarbij een verkennende en ondersteunende rol spelen, juich ik toe. Ik wil met de provincies overleggen over in hoeverre dergelijke initiatieven ook door andere provincies kunnen worden opgepakt. Daarbij denk ik aan door de provincies opgezette landsdekkende aanpak van de sanering van voormalige stortplaatsen. Daarbij zullen de nieuwe innovatieve ontwikkelingen op het gebied van afvalmining in combinatie met energieopwekking uit afval nadrukkelijk aan de orde komen.

Vraag 2
Op welke wijze wordt op dit moment de landschappelijke waarde van de afvalstorten meegewogen in de afweging van bestemmingen? Kan door afvalmining de landschappelijke waarde van een gebied beschermd of zelfs verbeterd worden?

Antwoord
De afweging of een voormalige stortplaats een landschappelijke waarde heeft, wordt door de betreffende gemeente gemaakt. Afvalmining kan een posittieve invloed hebben op de landschappelijke waarde. Het is aan gemeenten om die afweging te maken.

Vraag 3
Welke wetgeving is van toepassing op het ontginnen van een afvalstort en welke vergunningen dan wel ontheffingen zijn er voor nodig?

Antwoord
Al naar gelang van de duur van het ontginningsproject (korter of langer dan 6 maanden) zal de initiatiefnemer een vergunning Wet milieubeheer moeten aanvragen. Indien men bij het project asbest aantreft zal het Arbeidsomstandighedenbesluit in acht moeten worden genomen. Wanneer de afvalstoffen worden afgevoerd dient dit plaats te vinden conform het Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke stoffen. Het toepassen van ontgonnen afvalstoffen als bouwstof is mogelijk als men voldoet aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterenbescherming. Wanneer bepaalde afvalstoffen opnieuw gestort gaan worden zal mogelijk ontheffing van één van de stortverboden van het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen moeten worden aangevraagd en zullen de acceptatievoorwaarden van de Wet milieubeheervergunning van de betreffende stortplaats, waar gestort zal worden, in acht moeten worden genomen. Bij het opnieuw storten van afvalstoffen op een andere stortplaats is tenslotte afvalstoffenbelasting verschuldigd op grond van de Wet belastingen op milieugrondslag.

Vraag 4
Hoeveel ontginbare afvalstorten zijn er in Nederland en op basis waarvan vindt deze selectie plaats? Hoeveel hectare grond kan daar landelijk mee teruggewonnen worden voor andere bestemmingen?

Antwoord
Er zijn 4.000 voormalige stortplaatsen bekend in Nederland. Bij een oude stortplaats zal onderzoek moeten uitwijzen of het rendabel is te ontginnen. Verschillende factoren spelen hierbij een rol zoals: wat is de aard van het stortmateriaal, wat is de ligging van de locatie, wat wil men met de locatie en welke saneringsvarianten heeft men voorhanden.
Verreweg de meeste voormalige stortplaatsen zijn gelegen in landelijk gebied. Ongeveer 200 daarvan liggen in de winterbedding van de grote rivieren. Het grootste deel van de voormalige stortplaatsen is in eigendom van overheidsinstanties.
De voormalige stortplaatsen zijn op het ogenblik in ruim 30% van de gevallen in gebruik voor de
landbouw. Voorzover ze verder nog gebruikt worden, is dat voornamelijk in de extensieve
recreatie (15%) en als natuurgebied (8%). In ongeveer 10% van de gevallen worden ze benut
voor meer stedelijke vormen van gebruik, dat wil zeggen als bedrijfsterrein en voor intensieve
woonbebouwing. (bron rapport NAVOS eindadvies)
De totale oppervlakte van alle 4.000 bekende voormalige stortplaatsen is ongeveer 8.000 ha.
Meer dan de helft van de voormalige stortplaatsen is kleiner dan 0,6 ha.

Vraag 5
Welke kosten zijn er verbonden aan het ontginnen van een afvalstort en welke baten? Wie is verantwoordelijk voor de financiering en wie incasseert eventuele winsten?

Antwoord
Aan het ontginnen van een afvalstort zijn onder andere technische, personele en logistieke kosten verbonden. Daarnaast moet er belasting betaald worden voor het herstorten van afvalstoffen. De baten liggen in de opbrengst van de grond, mogelijke nuttige toepassing van afgegraven afvalstoffen en het opheffen van het milieuhygiënische risico ter plaatse.
Om de (on)mogelijkheden van ontginning te verkennen heeft de provincie Noord-Brabant in de periode 2001 tot 2006 onderzoeken uitgevoerd naar afvalmining in Noord-Brabant, onder andere een pilot bij Meerendonk in 's-Hertogenbosch en studie in het kader van een verbeterproject bij het Gat van Waalre in Waalre. Daarbij is gekeken naar de technische mogelijkheden, financiële haalbaarheid en ruimtelijke potenties. Uit deze onderzoeken bleek dat ontginning met de beschikbare technieken (nog) niet rendabel is.
Recent is de provincie Noord Brabant benaderd over nieuwe technieken voor afvalmining in combinatie met energieopwekking uit afval. De haalbaarheid hiervan is nog in onderzoek, maar ik sta positief tegenover dergelijke innovatieve ontwikkelingen. VROM en EZ hebben gezamenlijk een koplopersloket ingesteld, waar nieuwe innovatieve initiatieven van het bedrijfsleven ondersteund kunnen worden. Momenteel wordt bekeken of deze nieuwe technieken ook voor ondersteuning van het koplokersloket in aanmerking komen.
Ook bij het project Belvedere in Maastricht is onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van afvalmining. Geconcludeerd is dat afvalmining geen rendabele saneringstechniek is voor deze stortlocaties. Het afval bestaat hier voor een groot deel uit puin en bouwafval. Omdat afvalmining niet rendabel blijkt te zijn, wordt voor een andere saneringsvariant gekozen. Men wil namelijk een afdeklaag aan brengen. Het project besteedt veel aandacht aan de communicatie met de plaatselijke bevolking en aan de isolatie van het stortlichaam.
Wanneer sprake is van het afgraven van een stortplaats teneinde een deel van het materiaal her te gebruiken en een deel elders weer te storten, moet er voor het weer te storten deel belasting betaald worden. Deze belasting verhoogt de totale kosten van de sanering soms zodanig dat gemeenten van een sanering afzien. Ik heb dan ook met mijn collega van Financiën afgesproken om in het kader van de tweede tranche maatregelen ter vergroening van het belastingstelsel te bezien of en zo ja welke oplossingen hiervoor mogelijk zijn.

Vraag 6
Welke maatschappelijke kosten zijn er jaarlijks verbonden aan beheer en controle over bestaande afvalstorten? Uitgaande van de totale ontginbare hoeveelheid afvalstorten, hoeveel besparing op maatschappelijke kosten zou dit betekenen?

Antwoord
Volgens NAVOS eindadvies rapport geldt voor alle voormalige stortplaatsen tezamen eenmalige kosten van € 670 miljoen. Daarnaast jaarlijks € 15 miljoen voor bijvoorbeeld monitoring. Gekapitaliseerd over een periode van ca 20 jaar hebben we het over ca € 1 miljard. Dit betreft de stortplaatsen die voor 1996 niet meer in bedrijf waren. De kosten voor beheer en controle voor de stortplaatsen die na 1996 nog in bedrijf waren of nog zijn, zijn verwerkt in het storttarief. Deze kosten vloeien voort uit de vergunningvoorschriften voor deze stortplaatsen. De hoogte van die kosten zijn niet separaat berekend.

Vraag 7
Hoeveel afvalstorten bevinden zich op risicovolle locaties als gevolg van klimaatverandering? Welke beheersmaatregelen worden genomen om schade aan milieu en volksgezondheid op als gevolg van de storten op termijn te voorkomen? Is daar een maatschappelijke kosten baten analyse voor gemaakt? Zo neen, bent u bereid die te maken?

Antwoord
Er is geen onderzoek gedaan naar afvalstorten op risicovolle locaties als gevolg van klimaatverandering. In het antwoord op vraag 6 is een overzicht gegeven van de kosten voor beheersmaatregelen om schade te voorkomen. Hierbij is geen rekening gehouden met eventuele gevolgen van klimaatverandering. Ik vind het op dit moment niet opportuun een maatschappelijke kosten baten analyse te maken, omdat eerst onderzocht moet worden welke maatregelen wij moeten nemen om de effecten van de klimaatverandering in het algemeen (verder) te beperken.

Vraag 8
Is voldoende verwerkingscapaciteit in Nederland beschikbaar om vrijkomende afvalstromen te verwerken of nuttig toe te passen? Zo neen, hoeveel capaciteit zou minimaal nodig zijn en op welke wijze wordt de ontwikkeling daarvan door u gestimuleerd?

Antwoord
Via het Bouwstoffenbesluit is in Nederland mogelijk gemaakt dat bepaalde afvalstromen ter vervanging van primaire bouwstoffen gecontroleerd nuttig kunnen worden toegepast. De vrijkomende afvalstoffen bij de ontginning van een voormalige stortplaats zouden, wanneer ze voldoen aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit, als bouwstof toegepast kunnen worden. Er zijn echter diverse andere afvalstoffen, afkomstig van bijvoorbeeld afvalverbrandingsinstallaties en puinbrekers, die ook als bouwstof worden gebruikt. De markt zal daarom bepalen hoe snel een toepassing gevonden wordt.
Op de stortplaatsen die momenteel nog in exploitatie zijn, is voldoende capaciteit beschikbaar om niet herbruikbaar afval van ontgonnen voormalige stortplaatsen her te storten. In het kader van het opstellen van het tweede Landelijk afvalbeheerplan, dat in 2008 plaats zal vinden, wordt onderzocht of het huidige moratorium op uitbreiding van de stortcapaciteit wel of niet opgeheven moet worden om de continuïteit van de stortvoorziening te waarborgen.

Hoogachtend,
de Minister van Ruimte en Milieu,
dr. Jacqueline Cramer

http://www.gelderlander.nl/maasland/article1955638.ece

vrijdag, november 16, 2007

 

Week 46

Maandag
Samen met een vertegenwoordiger van MIC en een medewerker van Agro & Co heb ik een afspraak met twee medewerkers van Essent. Essent wil zich gaan oriënteren op de productie van biogas en denkt na over participatie. We geven aan wat de kansen en mogelijkheden zijn van het project Groene Raffinaderij Haps.

Voor het hoofdbestuur van de industrielekring Land van Cuijk en Noordlimburg houd ik een presentatie over de reconstructie en mijn werkzaamheden.

Dinsdag
Vorige week was er een overleg met vertegenwoordigers van de gemeente Boekel en de provincie om de mogelijkheden van verplaatsing uit extensivering rood te bespreken. Met twee ondernemers die willen verplaatsen heb ik een afspraak. Ik informeer ze over de resultaten van het gesprek.

In het streekhuis Kempenland te Hilvarenbeek heb ik een overleg met mijn collega streekmanagers. Een medewerker van StreekSelecties geeft een presentatie over dit nieuwe concept wat begin volgend jaar in supermarkten gelanceerd wordt.

Woensdag
Streekhuis overleg in het gemeentehuis van Sint Anthonis.

Donderdag
Een ondernemer werkt al geruime tijd aan een plan. Omdat er maar geen gebiedsvisie komt waaraan het plan getoetst kan worden stagneert de boel. Ik bespreek met hem wat we kunnen doen om zaken te versnellen.

In Ravenstein ten kantore van Maasland Woonmaatschappij bespreken we de aanvraag van een subsidie voor het projectplan Rest-O-Super.

Vrijdag
Ik informeer een burger die een tweetal toeristische gastenverblijven in een bijgebouw wil bouwen. De woning bevindt zich in een dorp. Dit soort vragen zijn lastig. De gemeente is bang voor illegale bewoning. De gemeente heeft geadviseerd een verzoek om medewerking in te dienen. Men zal dan proberen met de wensen rekening te houden bij het opstellen van het volgende bestemmingsplan.

Samen met twee ondernemers en een gemeente ambtenaar passen we een plan aan. Het oorspronkelijke plan kreeg maar geen goedkeuring van de provincie en sleepte al zeven jaar voort. We zetten er flink het mes in en hopen dat er nu wel medewerking verkregen wordt.

weekoverzichtstreekmanager

dinsdag, november 13, 2007

 

Proefproject afvalmining

Vaart achter afvalmining

Er wordt druk gezet op het provinciebestuur (GS) om het onderzoek naar afvalmining – het afgraven van een vuilnisbelt – uit te breiden.

Provinciale Staten van Brabant hebben zich unaniem achter een motie geschaard. Daarin worden GS opgedragen twee dingen te doen: locaties zoeken die in aanmerking kunnen komen voor een proefproject afvalmining en in beeld brengen wat zo'n project voor gevolgen heeft voor milieu en financiën. Momenteel loopt er in opdracht van de gemeente Cuijk een onderzoek. Dat moet uitwijzen of het haalbaar is de stortplaats bij Haps, langs de A73, af te graven. Daar is met name om gevraagd door de actiegroep RBT Nee. Die hoopt dat als de afvalmining doorgaat, de vrijkomende grond gebruikt kan worden voor bedrijfsvestiging. Dan zou het nieuwe regionale bedrijfsterrein Laarakker wellicht wat minder dicht bij Haps komen.

Ambtenaren van de provincie overleggen momenteel al met de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) over een eventueel proefproject. De motie die Provinciale Staten aannamen, 'onderstreept nog eens de noodzaak van zo'n proefproject' aldus een provinciewoordvoerder gisteren.Marusjka Lestrade-Brouwer, statenlid voor D66, vindt de motie een stap in de goede richting. Haar fractie heeft 'Haps' en afvalmining al eerder op de agenda van de provincie gezet. Ze is blij met de statenbrede steun voor een pilotproject naar afvalmining, zegt ze. Voor haar fractie is de stortplaats in Haps nog steeds in beeld als locatie waar de proef met volledig afgraven en recyclen gehouden zou kunnen worden, ook al wordt Haps niet met name genoemd in de motie.

Volgens Lestrade heeft milieugedeputeerde Onno Hoes de statenleden ten onrechte voorgehouden dat Haps niet als proefproject kan dienen. "Ik vind dat flauwekul", zegt ze. " Hij zei dat Haps niet mogelijk is omdat Essent onlangs een vergunning heeft gekregen om daar nog te storten. Maar zelfs als het bedrijf daar weer gaat storten, dan hoeft dat afvalmining niet in de weg te staan. Het bedrijf dat het plan heeft gemaakt voor de afgraving van Haps zegt dat storten tijdens de sanering geen probleem is. Omdat de installaties er toch al staan, kan het verse afval direct gerecycled worden."Milieuminister Jacqueline Cramer juicht het toe dat Brabant onderzoek verricht naar de mogelijkheden van afvalmining. Dat zegt ze in antwoord op vragen van SP-Kamerlid Emile Roemer. Gelderlander 13 november 2007.

 

Afvalmining Haps

Minister positief over belt afgraven

Minister Jacqueline Cramer van Milieu vindt het afgraven van gesloten vuilnisbelten een goede zaak. Ze denkt dat het nieuwe ruimte kan opleveren voor wonen, recreëren en bedrijventerreinen. Dat antwoordt ze op vragen van het Tweede Kamerlid Emile Roemer. De SP'er had de vragen gesteld naar aanleiding van de ideeën die er zijn om de stortplaats in Haps af te graven. De verantwoordelijkheid voor 'afvalmining', zoals het volledig afgraven wordt genoemd, ligt volgens de minister bij de gemeente. 'Dat provincies, zoals Brabant, daarbij een verkennende en ondersteunende rol spelen, juich ik toe.' Ze wil met de andere provincies gaan overleggen of die initiatieven kunnen overnemen. De minister acht niet elke stortplaats geschikt voor recycling. Ze noemt als voorbeeld een stortplaats in Maastricht.

Die belt bevatte vooral puin en bouwafval en bleek niet geschikt te zijn. Ook afgraven van de belt Meerendonk bij Den Bosch is onderzocht; daar was afvalmining nog niet rendabel. Volgens de plannenmakers van Haps, het bedrijf MPI, kan tussen de 60 en 70 procent van het materiaal in de Hapse belt (metalen, hout, bepaalde kunststoffen, zand, grind) weer als grondstof terug naar de industrie. De rest zou in energie kunnen worden omgezet. Aan het jaarlijks controleren van de 4.000 afgesloten stortplaatsen in Nederland, om te voorkomen dat er gif in het milieu komt, is de staat in een periode van 20 jaar 1 miljard euro kwijt, aldus de milieuminister. Gelderlander 13 november 2007.

vrijdag, november 09, 2007

 

Week 45

Maandag
REAP Noordoost Brabant heeft Buck Consultants de opdracht gegeven op zoek te gaan naar de economische kernwaarden van Noordoost Brabant. Het resultaat zijn "vijf sterren" (Logistiek, voeding, zorg en farmacie, machinebouw en toerisme) welke de kerncompetenties van de regio zijn. Tijdens de regiomanifestatie in Landgoed Huize Bergen te Vught worden de resultaten van het onderzoek gepresenteerd.

Dinsdag
Een ochtend HAS Den Bosch. Eerst overleg ik met Jules Bongers. Jules gaat een plan schrijven voor het "Boerenhalte" concept. In het voorjaar proberen we het concept middels een aantal pilots te introduceren. Dit projectidee is een initiatief van de gezamenlijke Brabantse streekmanagers. Daarna een gesprek met Jack Lammers. Jack is mijn aanspreekpunt voor HAS Kennistransfer een club die al jaren actief is met een scala aan projecten op het platteland. We bespreken o.a. de voortgang van de oprichting van het Kennisloket Peel & Maas. En als laatste heb ik een afspraak met prof. Nic Douben. Ik informeer hem over de voortgang van het project Groene Raffinaderij.

Woensdag
Afspraak met een onderneemster met een leestuin plan. Zoals dat vaak het geval is past het plan niet in het huidige bestemmingsplan. De keuze is circa twee jaar wachten op het wijzigen van het bestemmingsplan of een planwijzigingsprocedure (artikel 19) doorlopen. Het laatste is te duur gezien de te ondernemen activiteit. In overleg met de gemeente zoeken we een oplossing. Als tussenoplossing start de onderneemster met een "beroep aan huis". Dit is een constructie voor de vrijeberoepen zoals artsen en adviseurs. Na instemming van B&W kan een beroep aan huis uitgeoefend worden. Als het goed is heeft deze gemeente snel een nieuwe Literairoloog.

Donderdag
Overleg met Berrie Den Ouden. Firma Den Ouden verzorgd de recycling van groenafval in de regio. Vanuit het streekhuis onderzoeken we de mogelijkheden om biokachels te plaatsen in openbare gebouwen. Bijvoorbeeld ziekenhuis, gemeentehuis of school. Het doel is aardgas te besparen en dus CO2 uitstoot te reduceren. Den Ouden kan zorgen voor houtchips uit de regio zodat de kachels kunnen branden op een streekproduct.

Een aantal veehouders in Boekel hebben het streekhuis gevraagd om de mogelijkheden om verplaatsing uit extensief rood te inventariseren. Met collega Mario Graat, wethouder Ketelaars en een aantal deskundigen heb ik een overleg in het gemeentehuis te Boekel om oplossingsrichtingen in beeld te brengen.

Vrijdag
Met Joop Boesjes van Greentec Oil bezoek in transportbedrijf Nabuurs in Haps. Greentec is leverancier van plantaardige smeerolie. Deze olie smeert 5 a 7 maal beter dan fossiele olie en de olie verouderd niet. Olie hoeft nooit meer vervangen te worden en de vrachtauto's worden 10% zuiniger in het gebruik van diesel. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn. Nabuurs staat te boek als een innovatief bedrijf en wil medewerking verlenen aan een praktijk test.

Met vertegenwoordigers van de Rabobank en het Monumentenhuis bespreek ik de mogelijkheden van een Boerderijfonds. Particulieren kunnen in dit fonds mogelijk gaan beleggen. Met het belegde kapitaal worden monumentale boerderijen aangekocht. Deze boerderijen worden commercieel geëxploiteerd. Bijvoorbeeld een zorgboerderij, vergaderboerderij of Buurderij. Doel is rendement op geïnverteerd vermogen te koppelen aan het behoud van monumentale boerderijen.

weekoverzichtstreekmanager

dinsdag, november 06, 2007

 

Oeffenterrein geluidsport Landerd

Begin 2010 moet er in Zeeland een gloednieuw regionaal motorcrossterrein liggen. De gemeenten Boekel, Landerd, Uden en Veghel zijn bij deze plannen betrokken en de provincie Noord-Brabant heeft ook al haar medewerking toegezegd.
Op 10 december komen vertegenwoordigers van de vier gemeenten bij elkaar om de laatste puntjes op de i te zetten. Zo moeten nog afspraken worden gemaakt over de verdeling van de kosten, de informatieverstrekking aan inwoners en het soort zand dat wordt gebruikt. Het crossterrein is gepland op een tien hectare groot gebied vlakbij mestverwerkingsbedrijf Ferm-O-Feed in Zeeland, dat onder de gemeente Landerd valt. Het terrein moet een eind maken aan het tekort aan geschikte trainings- en wedstrijdterreinen in Noordoost-Brabant. Onder meer de gemeente Boekel kampt hiermee. Ze trotseert zelfs kritiek van het rijk om een circuit aan het Bezuidenhout open te kunnen houden zolang het regionaal terrein niet in gebruik kan worden genomen. Bron: omroep Brabant 6 november 2007.

 

Oeffenterrein geluidsport Landerd

Begin 2010 moet er in Zeeland een gloednieuw regionaal motorcrossterrein liggen. De gemeenten Boekel, Landerd, Uden en Veghel zijn bij deze plannen betrokken en de provincie Noord-Brabant heeft ook al haar medewerking toegezegd.
Op 10 december komen vertegenwoordigers van de vier gemeenten bij elkaar om de laatste puntjes op de i te zetten. Zo moeten nog afspraken worden gemaakt over de verdeling van de kosten, de informatieverstrekking aan inwoners en het soort zand dat wordt gebruikt. Het crossterrein is gepland op een tien hectare groot gebied vlakbij mestverwerkingsbedrijf Ferm-O-Feed in Zeeland, dat onder de gemeente Landerd valt. Het terrein moet een eind maken aan het tekort aan geschikte trainings- en wedstrijdterreinen in Noordoost-Brabant. Onder meer de gemeente Boekel kampt hiermee. Ze trotseert zelfs kritiek van het rijk om een circuit aan het Bezuidenhout open te kunnen houden zolang het regionaal terrein niet in gebruik kan worden genomen. Bron: omroep Brabant 6 november 2007.

maandag, november 05, 2007

 

Noordoost Brabant 2e in Raboranking


De tweede positie in de Top 40 bezet
de regio Den Bosch (Noordoost- Brabant). Dit is bijna geen verrassing meer, aangezien deze regio vrijwel altijd in de Top 10 staat. Hier hangt de economische groei vooral samen met de hoge omzet en exportgroei in het bedrijfsleven. Bron: http://rabobankgroep.nl/download/TB0713sbu.pdf


Niet veel mensen weten dat Noordoost Brabant in de top mee draait van de best presterende regio's op economisch gebied in Nederland. In dit gebied van 21 gemeenten met 630.000 inwoners zijn 330.000 banen. De participatie graad van de beroepsbevolking is hoger dan gemiddeld en de werkloosheid is lager dan gemiddeld. De drijvers achter deze hoge score zijn de gevarieerdheid van de bedrijven, de goede prestaties van deze bedrijven, de gunstige ligging tussen grote bevolkingsconcentraties en de ligging aan belangrijke vervoersassen.
Voor REAP Noordoost-Brabant alerminst reden om achterover te leunen. Werken aan het dak als de zon schijnt is het motto. Op 5 november werd te Vught het startschot gelost van de "5-Sterren Regio" aanpak.
Economisch offensief voor regio
LAND VAN CUIJK - Logistiek, voeding, zorg en farmacie, machinebouw en toerisme zijn de 5 'sterren' die de regio Noordoost-Brabant de komende tijd nadrukkelijk onder de aandacht gaat brengen.

Maandag verricht burgemeester Karel van Soest van Boxmeer de aftrap van het economische offensief op Landgoed Huize Bergen in Vught. Het initiatief om op vijf terreinen de krachten van bedrijfsleven, onderwijs en overheden te bundelen, ligt bij REAP Noordoost-Brabant. Dat is het economisch samenwerkingsverband van negen regionale werkgelegenheidsgemeenten waaronder Oss, Uden en Veghel, de provincie en de Kamer van Koophandel Oost-Brabant. Het gebied loopt van Heusden tot Boxmeer en van Haaren tot Oss. Diverse partijen beschouwen Noordoost-Brabant als een sterke economische regio waar veel innovatieve en beeldbepalende bedrijven actief zijn. "Maar het wordt als een gemis ervaren." zegt woordvoerder Jos de Blank, "dat er weinig samenhang is en dat krachten niet goed benut worden."In workshops hebben ondernemers eerder al ideeën gelanceerd waarmee ze concreet aan de slag willen. Het gaat om projecten die ze haalbaar achten en maandag zullen toelichten.

Daarna dienen de plannen verder uitgewerkt te worden. Het idee voor de 5-sterrenregio is gebaseerd op een onderzoek van adviesbureau Buck Consultants. Daarin hebben bedrijven, onderwijsinstellingen, ondernemersorganisaties en de regio-VVV hun behoeften en ideeën over de regionale economie weergegeven.Een van de belangrijkste conclusies uit dat onderzoek is dat binnen Noordoost-Brabant te weinig economische samenhang bestaat, terwijl in de naaste omgeving juist zeer opvallende verbanden als Brainport en Food Valley actief zijn. Noordoost-Brabant profileert zich niet goed als 'economische speler'. Daardoor krijgt de regio volgens Buck niet de waardering en aandacht die ze eigenlijk wel verdient. REAP Noordoost-Brabant richt in de komende maanden een regionale economische Taskforce op, de spin in het web bij de verdere uitwerking van de 5-sterrenregio.De eerste concrete plannen komen maandag aan de orde. Daaronder het slaan van een brug tussen de machinebouw en het onderwijs. gelderlander 2 november 2007.
Geluidsfragment omroep Brabant:
http://www.omroepbrabant.nl/mediaplayer.aspx?object=news&id=89481&mode=audio

zondag, november 04, 2007

 

Niemand weet meer waarom

De bloempjes van Catharina

“De instructie kan- zo zij doelmatig wordt toegepast- een belangrijke rol in de organisatie vervullen. Daarbij valt ervoor te zorgen, dat de aanwijzingen in de instructie steeds betrekking hebben op feitelijke bestaande verhoudingen en omstandigheden. Het gevaar is latent aanwezig, dat voor incidenteel optredende afwijkingen corrigerende bepalingen in de instructies worden opgenomen, die na enige tijd hun geldigheid hebben verloren. Lering kan worden getrokken uit een anekdote omtrent Catharina de Grote, waaruit men kan zien tot welke vreemde consequenties het incidenteel opnemen van voorschriften leidt. De lezer wil mij toestaan, dat ik deze anekdote hier weergeef”.

Dit schreef prof. Dr. H. J. Van der Schroeff in zijn boek: Leiding en organisatie van het bedrijf, vierde druk 1968. Een boek dat ik tijdens een vakantie in Stellendam 1999 op een rommelmarkt, na wat afdingen, voor fl 2,50 kocht.

“Eenmaal wandelde Catharina de Grote door de tuin van haar paleis, toen zij een soldaat tegenkwam die bij haar nadering in de houding sprong aan de zijkant van het perk. Catharina zag hoe hij met zijn zware soldatenlaars op het punt stond een madeliefje in het gras te vertrappen. Zij beval hem een pas achteruit te gaan en gaf hem opdracht daar de wacht te houden. Teruggekeerd in haar paleis vaardigde zij de order uit, dat op die plaats een schildwacht zou worden gezet, opdat dit bloempje niet door anderen zou worden vertreden……Twee eeuwen na dato stond ergens midden in het park van het keizerlijke paleis een schildwacht en …niemand wist waarom! […]

Wie het beeld van de gegeven anekdote voor ogen heeft zal steeds speuren naar vergeten bloempjes”.

Ik herinner me een ‘bloempje’ dat ik een tijd geleden in de krant las. Door het geringe aanbod van asielzoekers was het aantal asielzoekers in een AZC terug gelopen naar één. Het aantal medewerkers van het centrum was nog steeds 15. Het busje van het AZC, wat dagelijks de route een paar keer naar het treinstation reed, had al lang geen ‘klanten’ meer gehad. Toen er na lange tijd weer eens een nieuwe ‘klant’ op het station stond mocht deze niet mee. Hij had geen geld om een kaartje te kopen en moest dus onverrichter zaken naar het AZC lopen.
Idioot gedrag van die chauffeur? Blijkbaar durfde hij geen ‘fout’ te maken. Zijn taxatie was dat hem dat een reprimande zou kunnen opleveren door een superieur omdat hij een afgesproken regel niet uitvoert. En dat was het blijkbaar niet waard. Gelijk de schildwachten in de paleistuin 200 jaar geen commentaar gaven. Gelijk de man van de paarse krokodil niet zelfstandig een besluit durft te nemen maar zijn instructies stipt volgt. Noem het maar een continue stiptheids aktie.

Dit mechanisme van volgzaamheid is zo sterk dat het in de genen verankert lijkt te zitten. Dat is het dan ook voor een deel. Als in de prehistorie een moeder haar kind waarschuwde voor een schorpioen zal dat kind zijn leven lang schorpioenen mijden. Als de boodschap niet goed ingeprent zou zijn en het kind zou later met een schorpioen aan het experimenteren slaan, dan was de kans op uitsterven vergroot. Ook in tijden van crisis is volgzaamheid een waardevolle karakter eigenschap. In tijd van oorlog zit je niet te wachten op soldaten die alles ter discussie stellen.

Een experiment maakte deze karaktereigenschap inzichtelijk. In een kooi werden tien chimpansees geplaatst. In de kooi stond een boom met een tros bananen. Zoals te verwachten snelden de chimpansees de boom in om zich te goed te doen aan de bananen.
In de volgende fase werden alle apen met een brandslang natgespoten op het moment dat een van de chimpansees de bananen naderde. De chimpansees hadden de associatie snel door en omdat ze blijkbaar meer hekel aan water hebben dan dat ze de bananen lekker vinden lieten ze de bananen met rust. In de daarop volgende fase werden de chimpansees één voor één vervangen voor nieuwe chimpansees. De nieuwe chimpansees, blij verast door de bananen, snelden de boom in. Maar nog voor ze de bananen konden bereiken doken de negen ‘oudgedienden’ chimpansees op de nietsvermoedende nieuweling en weerhielden deze van het eten van de bananen. Dit proces herhaalde zich net zolang tot dat alle oorspronkelijke chimpansees die ooit natgespoten waren uit de kooi verdwenen waren. In de kooi zaten tien ‘nieuwe’ chimpansees die geen van allen aan de bananen kwamen …en geen van de chimpansees wist waarom!

Het leven zit vol met bloempjes (zinloze regels) en hangt vol met bananen (kansen). Veel bestuurders en beleidmakers hebben het in de gaten. In de ‘apenkooi’ denken ze bekijk het maar. Het ‘natspuiten’ zit nog in het collectieve geheugen. Vechten we voor een verloren zaak? Beslist niet. Om de soort niet in gevaar te brengen door al te behoudend gedrag zijn er ook recalcitrante individuen die volhardend blijven wijzen naar bloempjes en bananen. Gering in aantal, maar ik kom ze overal tegen. Bron: derde halfjaarverslag streekmanager Peel & Maas april 2006.

Praktijkverhaal

zaterdag, november 03, 2007

 

Week 44

Maandag
iamoneworld is een kunstproject van Ingrid van den Boogaard. Ingrid is kunstenares beeld en geluid in Den Bosch en wil begin volgend jaar een kunstreis rond de wereld maken. Ze maakt de reis met een zonnemobiel van SOIOS uit Maashees. Het streekhuis is gevraagd een brug te slaan naar het bedrijfsleven. Het project vergt een aanzienlijk budget maar kan voor de deelnemende bedrijven ook veel publiciteit opleveren. Met een aantal personen bespreken we een plan van aanpak. zie: http://www.omroepbrabant.nl/mediaplayer.aspx?object=news&id=89091&mode=video

Dinsdag
Overleg in Wageningen op uitnodiging van Albert Sikkema. Albert is werkzaam voor uitgeverij Cereales en heeft een projectidee wat hij met een aantal personen wil bespreken. Het idee richt zich op plattelandsontwikkeling en heeft dus raakvlak met de reconstructie.

Woensdag
Vorig jaar bracht het streekhuis drie onderneemster bij elkaar naar aanleiding van het bezoek van minister Veerman in Mill. De drie onderneemster bedachten met elkaar het arrangement "happen trappen snurken" en boden tijdens het bezoek de minister het eerste arrangement, middels een waardebon, op feestelijke wijze aan. De samenwerking beviel zo goed dat de onderneemsters de samenwerking willen continueren. Om de mogelijkheden te vergroten werd gezocht naar onderneemsters in het land van Cuijk uit de gemeenten die nog niet vertegenwoordigd waren. S'avond wordt bij Ons Moe in Oploo op een plan gebroed voor 2008.

Vrijdag
Met een aantal personen werk ik aan de voorbereiding van "Molenproject Noordoost Brabant". De verantwoordelijkheid betreffende de monumentale en cultuurhistorische waarde van molens wordt van de rijksoverheid naar de provincialeoverheid verlegd. Om het voortbestaan van molens te waarborgen zijn aanzienlijke overheidsbudgetten nodig. De provincie heeft er belang bij dat molens waar mogelijk zelf zorgen voor inkomsten door het starten van economische dragers in en rond de molens. Denk aan de vestiging van diverse vormen van bedrijvigheid. Om molenaars te helpen met het ontwikkelen van geschikte economischedragers heeft het streekhuis samen met adviesbureau More BV de NHTV (Internationale Hogeschool Breda) gevraagd een plan van aanpak te maken. Een team van studenten wordt gedurende vier maanden bijgestaan door deskundige begeleiders. Het totale project is een investering 20.000,- euro. Een peulenschil als je bedenkt dat het project de provincie de komende jaren miljoenen kan besparen. Maar..........er is alleen nu net geen potje waar het in past. Aan een oplossing wordt gewerkt.

Weekoverzichtstreekmanager

 

REAP Noordoost Brabant

"Meer samenwerking nodig in Noordoost-Brabant"

Bedrijven, gemeenten en scholen in Noordoost-Brabant moeten meer gaan samenwerken om het gebied meer economisch gewicht te geven. Dat blijkt uit onderzoek door Buck Consultants in opdracht van REAP, het samenwerkingsverband van negen gemeenten in die regio.
Daarin komt naar voren dat Noordoost-Brabant te weinig economische samenhang heeft en zich daardoor te weinig profileert. REAP gaat een regionale werkgroep oprichten waarin bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en overheid gaan proberen Noordoost-Brabant economisch op een hoger plan te krijgen. De werkgroep richt zich op de vijf belangrijkste economische sectoren in die regio: logistiek, voeding, zorg en farmacie, machinebouw en toerisme. Samen moeten ze de ‘vijf sterren’ gaan vormen voor de ‘vijf sterren-regio’ zoals REAP die voor ogen heeft. De plannen worden maandag 5 november gepresenteerd.

 

Stand van zaken Reconstructie

Verburg houdt vast aan beëindiging compartimentering per 1 januari 2008

Minister Verburg van LNV is niet van plan om de Meststoffenwet op het punt van de beëindiging van de compartimentering te wijzigen. De informatie die ze van provincies en gemeenten heeft gekregen, geeft volgens haar geen indicatie van noodzaak om ook na 1 januari 2008 aan de compartimenteringsregeling vast te houden. Dat schrijft de minister mede namens haar collega Cramer van VROM op 1 november aan de Tweede Kamer. In het Algemeen Overleg van 13 september toonden verschillende partijen in de Tweede Kamer zich bezorgd of gemeenten in de vijf reconstructieprovincies hun plannen op het gebied van de ruimtelijke ordening op tijd op orde zouden hebben, om gewenste ontwikkelingen te stimuleren en ongewenste ontwikkelingen van de intensieve veehouderij te voorkomen.

Reconstructieplan geldt als een voorbereidingsbesluit

Het Reconstructieplan geldt als een voorbereidingsbesluit zolang het bestemmingsplan nog niet met het Reconstructieplan in overeenstemming is gebracht. Dat betekent dat aanvragen voor bouwvergunningen, in strijd met de verbodsbepalingen van de zonering, net zo lang moeten worden aangehouden totdat het bestemmingsplan in overeenstemming is met het Reconstructieplan. Daarmee worden, vooruitlopend op aanpassing van het bestemmingsplan, ongewenste ontwikkelingen voorkomen, aldus de LNV-minister. Het voorbereidingsbesluit kan ook werken als een vrijstelling van het vigerende bestemmingsplan. Met die vrijstelling kan alvast gebouwd worden en werk in uitvoering worden genomen wat in de lijn is van het reconstructieplan.

Inventarisatie bij de gemeenten

Verburg heeft ook aan gemeenten gevraagd hoe zij op dit moment gewaarborgd hebben dat gewenste ontwikkelingen worden gestimuleerd en ongewenste ontwikkelingen worden voorkomen. Ruim driekwart van de gemeenten vindt die mogelijkheden voldoende. Van het overige deel werkt ongeveer de helft aan herziening van het bestemmingplan waarmee op termijn hun instrumentarium op orde is. Ruim 25% van de gemeenten heeft het bestemmingsplan aangepast aan het reconstructieplan. Meer dan de helft van de gemeenten acht het aanpassen van bestemmingsplan aan het reconstructieplan niet nodig om ongewenste ontwikkelingen te voorkomen, omdat dat geregeld is via de voorbereidingsbescherming in het reconstructieplan. Toch heeft nog circa 10% van de gemeenten een voorbereidingsbesluit genomen. Verburg concludeert daaruit dat bijna 90% van de gemeenten van mening is dat zij samen met de reconstructieprovincies de zaken goed op orde hebben.

Verplaatsen van bedrijven

De vijf reconstructieprovincies hebben aangegeven dat met circa 170 bedrijven verregaande financiële afspraken zijn gemaakt over het verplaatsen van het veehouderijbedrijf. In de komende jaren zullen deze bedrijven daadwerkelijk verplaatst worden.Ministerie van LNV, 01/11/07

donderdag, november 01, 2007

 

LOG Boekel

Ceres draait geldkraan Boekel dicht

Er wordt vooralsnog geen Ceres-subsidie meer verstrekt aan de gemeente Boekel. Dat blijkt uit een brief van het Europees stimuleringsfonds aan het college van burgemeester en wethouders van Boekel.

De stuurgroep van Ceres spreekt hierin haar zorgen uit over de voortgang van het LOG-project in Boekel. Een project dat deel uit maakt van het provinciale reconstructieplan. Gebieden rond de Waterdelweg en ten zuiden van Venhorst worden geschikt gemaakt voor intensieve veehouderij. De voortgang van het project dreigt in gevaar te komen door de lopende bezwaarprocedure tegen de kap van 291 bomen in het bewuste gebied.De bestuursrechter in Den Bosch behandelde onlangs het beroep van de BMF tegen het plan van de gemeente Boekel om de bomen te rooien ten behoeve van de LOG (landbouwontwikkelingsgebieden) en de reconstructie van de N605, de weg van Volkel naar Gemert. Binnen twee weken wordt de uitspraak verwacht. Maar kennelijk hebben de subsidieverstrekkers van Ceres weinig hoop op de goede afloop. "Uit de bezwarenprocedure blijkt dat de gemeente zich niet houdt aan de gestelde voorwaarden bij de subsidieaanvraag", stelt Vincent Ketelaars van Stimulus, de uitvoeringsorganisatie van het Ceres-programma.

De voorwaarden waaraan Ketelaars refereert betreffen met name het behoud en zo mogelijk versterking van landschapskenmerken, compensatie van de natuur en het bieden van meer mogelijkheden voor natuurontwikkeling. "We hebben gehoord dat de gemeente wel bomen wil kappen maar zich niet vastlegt over hoe dat te compenseren. Wij maken ons hierover zorgen en willen graag zo spoedig mogelijk een toelichting hebben van de gemeente Boekel", aldus Ketelaars. De stuurgroep roept in de brief op alles in het werk te stellen, het LOG-project in overeenstemming met de Ceres-aanvraag en -bepalingen uit te voeren en voor 31 december 2008 afgerond te hebben. Mocht deze einddatum niet gehaald worden dan komt de subsidie in gevaar. Het Boekelse LOG-project is begroot op zo'n 3,5 miljoen euro. De gemeente Boekel ontvangt voor het project 1,6 miljoen euro aan Ceres-subsidie. Tien procent van de subsidie heeft de gemeente inmiddels ontvangen. Brabantsdagblad 31 oktober 2007.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?