zaterdag, oktober 09, 2010

 

Tip: Niet verstoren van ondergrond met archeologische waarde

Als een initiatiefnemer een plan heeft waarvoor het bestemmingsplan aangepast moet worden, en de gemeente wil medewerking verlenen, dan moet er voor een goede ruimtelijke onderbouwing gezorgd worden. In deze onderbouwing moet sinds 1 september 2007 als gevolg van het verdrag van Malta een archeologische toets opgenomen worden. De start is het bestuderen van de archeologische waardekaart en het beleidsplan archeologie van de gemeente. Als hierin aanwijzingen staan dat er sprake is van archeologische waardeverwachtingen dan zijn er twee keuzes.

1. Niet verstoren
2. Verstoren

Vanuit een archeologisch standpunt heeft 'niet verstoren' de voorkeur. Het is natuurlijk niet altijd mogelijk om de ondergrond niet te verstoren, bijvoorbeeld als een kelder gemaakt wordt. Maar vaak is dat wel mogelijk. Een voorbeeld. Normaal wordt de fundering van een gebouw 70 cm in de grond gemaakt. De bovenste laag van de grond de zogenaamde bouwvoor mag verstoord worden. Men gaat er van uit dat in deze laag alles reeds verstoord is. Door er voor te kiezen het bouwwerk op een aangebrachte grondlaag van 40 cm te plaatsen wordt voorkomen dat de te beschermen onderlaag verstoord wordt.

Bouwt men op het maaiveld dan kan het nodig zijn om proefboringen uit te voeren. Als uit deze boringen blijkt dat er spraken is van archeologische waarde dan is vervolgonderzoek nodig. Bijvoorbeeld door proefsleuven te graven. Dat kan weer aanwijzingen opleveren die een gedetailleerd archeologisch onderzoek nodig maken. Een niet zelden zeer kostbaar traject wat door de initiatiefnemer (de verstoorder) zelf betaald moet worden.

Niet verstoren is niet alleen beter maar is, als het kan, ook veel goedkoper.





<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?